Onderzoek over natuurinclusieve landbouw in de gemeente Westerkwartier

Westerkwartier – Hoe maken we melkveehouderijbedrijven en het omliggende landschap in de gemeente Westerkwartier natuurinclusiever? Deze vraag stond centraal in het Programma Westerkwartier Natuurinclusief, onderdeel van het Interbestuurlijk Programma Vitaal Platteland, wat als ambitie had het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen samen als één overheid te laten werken voor een ‘economisch vitaal, leefbaar en ecologisch duurzaam platteland’.

In de gemeente Westerkwartier zijn 250 (melk)veebedrijven. Dit slotdocument heeft als doel agrariërs, beheersorganisaties en overheden te inspireren verder te gaan met een meer natuurinclusieve aanpak.

De belangrijkste conclusies uit het programma zijn:

  • Ondanks dat veel boeren bereid zijn om stappen te zetten richting een natuurinclusieve bedrijfsvoering, is het voor een grote groep op dit moment erg lastig om financiële stappen te zetten in die richting. Dit heeft enerzijds te maken met het huidige beleid en de oplopende kosten, anderzijds leveren natuurinclusieve diensten financieel te weinig op.
  • Daarentegen zijn boeren wel bereid om (kleine) stappen te zetten richting een natuurinclusieve bedrijfsvoering. Boeren denken na over hun toekomst en hebben hier ideeën over. Een transitie kost tijd. Een grote afstand zal in klein stappen afgelegd moeten worden. Biedt de boeren duidelijkheid, financiële ondersteuning en voldoende tijd.
  • Grond is een belangrijke sleutel in de transitie naar een natuurinclusieve landbouw. Maar grond is schaars én duur. Zorg voor voldoende en betaalbare grond. Hiervoor zijn verschillende nieuwe financieringsvormen in ontwikkeling, die hieraan bij kunnen dragen.
  • De huidige financieringslast beperkt vaak de mogelijkheid van bedrijven om stappen te zetten. Een economische basis onder natuurinclusieve landbouw in combinatie met het (tijdelijk) reduceren van de financieringslasten zal boeren stimuleren en perspectief geven.

Wethouder Bert Nederveen pleit voor samenwerking: “Dit slotdocument maakt duidelijk dat succes niet vanzelfsprekend is: als overheden moeten we wel over de brug komen met goede wetgeving, waar nodig voldoende financiële tegemoetkoming en afspraken waar boeren van op aan kunnen. Kortom, we hebben elkaar nodig!”

In het programma werd samengewerkt door het ministerie van LNV, de provincie Groningen, gemeente Westerkwartier, waterschap Noorderzijlvest, Collectief Groningen West, LTO Noord, Staatsbosbeheer en het Groninger Landschap.

   
Back to top button